Een vaatwasser aansluiten is niet moeilijk. Controleer voor je begint of je de juiste aansluitingen hebt en of de aan- en afvoerslang lang genoeg zijn. Hierna draai je de toevoerslang vast. De afvoerslang sluit je aan op een sifon of direct op de afvoerbuis. Bekijk welke manier voor jou geldt.
Voordat je de vaatwasser gaat aansluiten, moet je eerst zeker weten dat alle benodigde voorzieningen aanwezig zijn. Mis je één van de onderstaande voorzieningen, dan zal je eerst een loodgieter moeten inschakelen om het in orde te laten maken.
Check of de toe- en afvoerslang van je vaatwasser lang genoeg zijn. Wanneer de slangen niet lang genoeg zijn, is het altijd mogelijk deze te verlengen. Houd wel rekening met de maximum lengtes die in de handleiding van de vaatwasser staan vermeld. Zorg er verder voor dat de slangen genoeg ruimte hebben en niet geknikt of samengedrukt worden.
Het aansluiten van de toevoerslang stelt niet meer voor dan het vastdraaien van de toevoerslang op de wasmachinekraan. Let er wel voor op dat de toevoerslang er goed recht op zit. Wanneer de slang schuin op de kraan zit krijg je lekkage. Draai na het aansluiten van de slang de kraan open en controleer of er geen lekkage is.